Vorige week gaven we ruimte aan onze droom. Voorzichtig raakten we hem aan, parkeerden onze weerstand, misschien na lange tijd, maar wat lijkt de realiteit vaak weerbarstig, onze droom ver weg. Het gewenste komt niet, nooit meer of laat lang op zich wachten, of het nu gaat om een kind, partner, gezondheid, huis, baan of een beter klimaat. Of het komt wél, maar geeft niet de verwachte vervulling, het valt tegen. Ook Maria vindt na een lange reis met Jozef geen thuis om in rust te bevallen van haar zoon Jezus. Alle hoop lijkt verloren. Vandaag aandacht voor wanneer onze droom ons tot wanhoop drijft.
Waar het misgaat, is bij onze dromen zelf, zeggen de stoïcijnen. Of je nu naar rijkdom en positie streeft of naar rust, ontspanning, reizen en lezen. ,,Het maakt niet uit wat dat ding van buitenaf is. (..) Waar we onze zinnen op hebben gezet, is ook ons obstakel,’’ stelt de stoïcijnse filosoof Epictetus.
Zijn oplossing is dan ook eenvoudig: leven zonder hoop en verlangen. Geen verlangen, geen frustratie. “Verwacht niet dat alles gebeurt zoals jij het wilt, maar besluit te willen wat er gebeurt en je zult gelukkig zijn.” Wens dus niet te veel en richt je op dat waar je invloed op hebt. Zoals een kind snoepjes uit zijn vuist zal moeten laten vallen om zijn hand door de nauwe opening, uit de snoeppot te krijgen. Train jezelf daarin, zegt Epictetus, herinner je jezelf bij het opstaan dit: ,,Er is slechts een pad naar geluk, en dat vind je door alles wat buiten je keuze ligt op te geven, niets te beschouwen als je bezit en alles in handen te leggen van God of het lot.’
Zo’n onthechte houding zou leiden tot gemoedsrust en innerlijke vrijheid. Aanlokkelijk en voor bepaalde situaties en mensen vast helpend, maar voor de gemiddelde mens iets te rigoureus en onhaalbaar, met het risico dat je naast de teleurstelling van een onvervuld verlangen kampt met gevoelens van onvermogen en schuld: had ik maar niet zo moeten verlangen.
Ons verlangen is er. Wij zijn nu eenmaal gehechte, ongeduldige en verlangende wezens die graag wat controle houden. En is al het verlangen wel zo kwalijk? Verlangen zet ook in beweging, verbindt, leidt tot groei, ontwikkeling, plezier en is niet zelden broodnodig. Zonder verlangen geen verandering.
Al met al zetten de stoïcijnen ons wel aan het denken. Waar dromen wij van, zetten we onze zinnen op? Welke behoefte ligt daaronder en is dat wat we wensen werkelijk hetgeen dat ons verlangen vervult? Wat verklapt dit verlangen over ons wereldbeeld, moet alles stiekem maakbaar zijn of mag iets onaf blijven? In hoeverre zoeken we het geluk ‘daar’, terwijl er al zoveel ‘hier’ is? Kun je je verlangen wat laten vieren en kijken naar wat er nu mogelijk is? Zoals president Theodore Roosevelt zei toen hij in een rolstoel terechtkwam: ‘Goed! Daar kan ik ook mee werken’.
De meditatie hier onder helpt de behoefte onder onze droom te bevragen.
Oefening – Waar droom ik van?
Onderstaande meditatie is te volgen als geluidsfragment, of lees eerst de oefening door.
Beluister hier de geleide meditatie als audiofragment.
Neem minimaal een kwartier de tijd, langer mag ook. Ga zitten op een rustige plek waar je niet gestoord kunt worden. Zorg dat je warm genoeg bent, pak eventueel een dekentje, trek een warme trui of sokken aan. Keer naar binnen, steek misschien een kaarsje aan en loop in stilte de volgende stappen door.
Neem de droom over je diepste verlangen in gedachten. Probeer je voor te stellen hoe het zal zijn als deze niet uitkomt. Wat zou het met je doen? Misschien kun je je wel een moment herinneren waarop je de hoop in je droom verloor, dacht dat het niet meer ging gebeuren. Visualiseer waar je was, wat er gebeurde en hoe je je voelde.
Keer naar binnen in je lichaam, scan je lichaam van je tenen tot je kruin. Waar in je lichaam voel je het verlies van die droom? Welke emoties horen daarbij? Is het angst, verdriet, wanhoop, boosheid? Merk de fysieke reacties op bij die gevoelens. Voel je warmte, kou, benauwdheid, een snelle ademhaling, hoge hartslag, spanning? Sta jezelf toe dit helemaal te voelen, zoals het er is. Wees hierin niet kritisch op jezelf, duw niets weg. Neem hier ruim de tijd voor.
Laat nu je interesse en je nieuwsgierigheid naar boven komen en onderzoek met vriendelijke, milde aandacht je ervaringen en emoties, zoals die er zijn. Welke behoefte komt naar boven? Wat is het dat je zo verschrikkelijk mist? Wat heb jij in wezen nodig?
Onderzoek wat deze behoefte jou vertelt, herken je hem van eerder in je leven? In hoeverre was daar ruimte voor?
Wanneer je behoefte helder is, keer je terug naar je droom. Bekijk je droom opnieuw, merk op wat er gebeurt. Blijft je droom hetzelfde, verzacht of versterkt deze, verandert de richting, komen er wellicht andere opties naar boven? Verken het in stilte.
Hoe zou je je nu droom formuleren, herformuleren misschien?
Wat zou een eerstvolgend stapje kunnen zijn in het verwezenlijken van die droom?
Keer nu heel rustig weer naar buiten. Merk de geluiden uit je omgeving op. Beweeg eventueel met vingers en tenen, rek je even helemaal uit. Open je ogen en verbind je weer met de plek waar je bent.
Na afloop kun je je bevindingen toevertrouwen aan het papier, schrijvend of tekenend. In het laatste geval kun je je lichaam natekenen en kleur geven aan wat je waar voelde gedurende de meditatie.

Ik ontdekte dat ik veel eerder hulp had moeten vragen
Zachtheid werd thuis afgestrafd, mijn moeder vond mij een enorme jankerd. Ik moest steviger worden, van me af slaan. Als kind nam ik dat over en zo kreeg de zachtheid in mij het steeds moeilijker. Ik kreeg stemmingswisselingen en trok me terug. Een groot deel van mijn leven stond ik aan de zijlijn. Ik ben een kijker en vond veel eng. Dat prestatiegerichte van de wereld; ik begreep het nooit. Dat mensen niet doorhebben hoe ziek een systeem als kapitalisme is.
Lang dacht ik dat ik sterk was en voor mezelf had uitgedokterd hoe je leven moet. Door het leven ontdekte ik juist dat ik net zo zwak als sterk ben. In 2017 werd ik ziek en kreeg huidkanker, later ook nog baarmoederhalskanker. Toen vroeg ik voor het eerst om hulp.. Mensen brachten mij naar het ziekenhuis of zorgden thuis voor me. Ik ontdekte dat ik veel eerder hulp had moeten vragen. Dat zij in mijn zwakte nog steeds van mij houden heeft me een aardiger en milder mens gemaakt. Dan is die zwakte opeens geen zwakheid meer.
Liesbeth Woertman (69) is hoogleraar psychologie, gepromoveerd op het onderwerp lichaamsbeeld. In Dominicanenklooster Huissen komt ze om zelf te leren maar ze geeft zelf ook meerdaagses.

We moeten accepteren dat we niet alles onder controle kunnen houden
Twijfels en zorgen veroorzaken afleiding van deze droom. Soms weet ik bijvoorbeeld niet goed hoe ik met mijn proefschrift verder moet. Heftige gebeurtenissen in de wereld halen mij soms uit balans. Hoe verhoud ik me tot de oorlogen die op dit moment in de wereld zijn? Hoe stel ik me open bij toenemende polarisatie?
We leven in een tijd van controle en polarisatie. We varen op uiterlijke invloeden, op de publieke opinie. Maar het dagboek van de Joodse Etty Hillesum, die op haar negenentwintigste omkwam in een concentratiekamp, leerde mij ooit: hoe je je innerlijk stelt tot de gebeurtenissen van het leven, bepaalt je lot. Is er in ons leven ruimte voor innerlijkheid? Geven we daar voldoende waarde aan? Waarden en overtuigingen worden niet meer automatisch aangereikt door familie, verenigingen, de kerk etcetera, waardoor je zelf naar die dragende grond op zoek moet gaan. Ik zou willen dat het gesprek over maatschappelijke thema’s niet alleen gevoerd wordt vanuit de drang naar controle, maar er ook vanuit de filosofie meer naar gekeken wordt. Vrijheid is cruciaal in onze democratische rechtsstaat en daarvoor moeten we accepteren dat we niet alles onder controle kunnen houden. Dat er onvolkomenheden zijn en dingen soms misgaan. Als je je daartoe verhoudt is het leven makkelijker. Maar loslaten van houvast is moeilijk
Welmoed Vlieger (47) is filosoof, spreker en publicist’. In Dominicanenklooster Huissen geeft ze retraites rond de betekenis van filosofische denkers in onze tijd.

Als we moeten veranderen horen moeilijke momenten erbij
Als we moeten veranderen horen moeilijke momenten erbij. Vóór Pasen ligt immers Goede Vrijdag. Zelf heb ik die momenten ook ervaren. Als student moest ik eerst mijn kinderlijke geloof loslaten. Er bleef twijfel over, maar ik twijfelde liever in de kerk dan erbuiten. Als je wilt weten of geloof waarheid is, moet je er in staan. Net als met een relatie: je kunt niet uitzoeken of je van iemand houdt zonder de relatie aan te gaan. Na twee jaar kerkbezoek mocht ik een keer preken en dacht: dit is leuk. Ik kwam iets van mijn roeping op het spoor.
Er zijn momenten dat ik denk: ik ben links en gelovig; twee keer een minderheid. Dan voelt mijn droom van meer eenheid naïef. Ik maak me zorgen dat mensen die grote beslissingen nemen zich laten leiden door de Mammon (afgod van geld en rijkdom, red.). We schieten als samenleving tekort; er is geen idee over hoe men het systeem kan hervormen, een nieuw verhaal kan creëren.
Arjan Broers (54) is journalist, pastor van de Dominicuskerk Amsterdam, programmamaker, beheerder van dominicanen.nl en coach. Hij is op verschillende manieren betrokken bij Dominicanenklooster Huissen.
De interviews met Liesbeth Woertman, Welmoed Vlieger en Arjan Broers werden opgetekend door Hanneke van Olst (Plan-ty media).
De overdenking en de opdracht werden geschreven door Pauline Weseman, Journalist, (schrijf)docent en religiewetenschapper Pauline Weseman (1972) geeft in het klooster onder meer de schrijfretraite De zoektocht van mijn ziel.
De illustratie is gemaakt door Nina Minnaar (ninamaakt.nl)
Volgende week: Derde advent – Helpers onderweg.