bezinning, bezieling, beweging

Ga zitten en schrijf …

Als de nachten lengen en duisternis het licht verdrijft, dringt het besef van een wereld vol wanorde en ledigheid zich aan mij op. Ons leven lijkt zich te voltrekken ‘in het onrechtvaardige’. Zal het ooit anders worden? Dan is daar het moment waarop ik mijn favoriete gelijkenis wil lezen. Ze is te vinden bij Lucas (16:1-8) en wordt vaak, maar ik denk ten onrechte, aangeduid als het verhaal van de onrechtvaardige rentmeester. Hij verkwist namelijk de goederen van zijn werkgever en sjoemelt met schuldbrieven en onbetaalde rekeningen. Ik geniet van dit slimme verhaal, dat een en al wijsheid blijkt te zijn. Een opsteker in donkere tijden.

Gods huis bewaken

Het is wat met deze huismeester, die bijna altijd de onrechtvaardige rentmeester wordt genoemd. Het Griekse oikonomos, dat Lucas gebruikt, is een samengesteld woord: oikos betekent huis en nomos wet. De huismeester in onze gelijkenis neemt ons direct mee naar het hart van het verhaal. Hij is namelijk de man die de wet van het huis moet bewaken. Hij komt op voor het huis van zijn heer. In Bijbels perspectief is dat een verwijzing naar het huis van God, waar de wet of de Torah garant staat voor een goede huishouding. Onze huismeester is aangesteld over de goederen van God. Tot die goederen behoren bijvoorbeeld geduld, genegenheid, ontferming en vergeving. De heer van dit huis is gul en goedgeefs. De huismeester gaat met de goederen van zijn heer kwistig om. Hij moet immers de wet van God bewaken. Wil hij een goede huismeester zijn, dan zal hij dus de goederen van zijn heer ‘verkwisten’. Heeft deze huismeester een naam? Ik denk het wel. Ik ken er maar één die in het huis van de Vader kwistig met diens goede gaven is omgegaan: Jezus! Nooit was iemand guller met Gods goederen dan hij. Dat praktiseerde hij binnen een onrechtvaardig bestel, namelijk een samenleving waarbinnen onrechtvaardig handelen aan de orde van de dag is. Hierom noemt de gelijkenis hem de huismeester in het onrechtvaardige. Jezus, laat zien hoe Israël (de synagoge of de kerk) zijn roeping binnen een wereld vol ledigheid – het onrechtvaardige – moet invullen: kwistig omgaan met de goederen van God.

Wat is de aanklacht?

Maar waarom wordt hij dan aangeklaagd, denk je? Wie zijn eigenlijk die aanklagers? Toch mensen als de Schriftgeleerden en farizeeën (vromen) van alle tijden! Die beschuldigen Jezus ervan, dat hij de sabbat niet houdt als hij een zieke geneest, dat hij verkeert met hoeren en tollenaars, dat hij zich bekommert om melaatsen en hen aanraakt, dat hij zich verzet tegen de uitleg van de reinigingswetten en tempelregels. Dit zet kwaad bloed bij menig eminent kerkleider en daarom wordt hij aangeklaagd. Maar let nu op de reactie van de heer. Hij zegt niet: “De aanklacht is terecht. Leg verantwoording af, anders moet ik je ontslaan”. Hij zegt: “Wat hóór ik van je?”. Hij distantieert zich van de aanklagers en voegt daaraan toe: “Laat zien hoe je handelt, want jouw manier van doen is de grond van de aanklacht”. Wat zal de huismeester (Jezus) doen? Hij kán niet graven: dat kan hij eenvoudigweg niet maken, want de fundamenten van Gods huis – een vredelievende samenleving – zijn al gelegd. Hij kán niet bedelen: Gods gaven zijn hem al toevertrouwd! Hij heeft alles. Dus rest hem slechts één mogelijkheid: voortgaan met het kwistig uitdelen van de goederen van God. Hij laat zich niet door de aanklagers van de wijs brengen. Opnieuw gaat hij naar de mensen die worstelen met hun schulden en tekortkomingen. Ze staan in de schuld bij zijn heer, maar hij weet, dat deze niets liever wil dan dat zij daarvan worden bevrijd. Wat bij oppervlakkige lezing onrechtvaardig is, blijkt een werk van barmhartigheid. Hij verlicht de schuld, maar neemt die niet zonder meer weg. Laat de mens in zijn waarde! Hij schept de ruimte die we nodig hebben om weer op te krabbelen en zelf te bepalen hoe we ons bestaan ontlasten van schuld. De huismeester, en verder iedere man of vrouw die zo met mensen omgaat, brengt dus Gods eigen werken nabij en aan het licht. Verlicht de lasten, waardoor mensen worden neergedrukt, en laat hen vervolgens zichzelf oprichten.

Speel leentjebuur

Na de gelijkenis prijst Jezus “de huismeester van het onrecht”, zegt Lucas letterlijk. Speel daarom leentjebuur bij de wereld om je heen. De kinderen in een onrechtvaardige samenleving hebben weet van geven en nemen, loeren naar het juiste ogenblik van compromissen sluiten en even uitstellen. Alles op zijn tijd. Mijd de rechtlijnigheid van Schriftgeleerden en farizeeërs. Zo’n huismeester geef je graag een plaats in je leven. Hij is welkom in je ‘huis’. En wanneer hemel en aarde eindelijk zijn voltooid en de huismeester van zijn opdracht wordt ontheven, zal deze wonen bij allen wier bemiddelaar hij is geweest! Een heerlijk vooruitzicht in donkere tijden.


Dominicaan Ernst Marijnissen O.P. was auteur en verzorgde vele jaren het leerhuis. Hij overleed op 10 februari 2018