bezinning, bezieling, beweging

Dagboek van een tuin – deel 3

Ik draai om, ik wend het lengende licht naar langere nachten. Het is midzomer, zonnewende of Litha. De dag dat het licht het meeste geeft, het langste bij ons is en de donkerte het kortst. Het is een bijzondere tijd, zowel voor jullie mensen als voor mij, dit stukje tuin op Moeder Aarde. Ik ben al een eind op weg in mijn groei en bloei en dat heeft mij behoorlijk bezig gehouden.

Er wordt geoogst, ieder dag

Sommige planten hebben uitbundig gebloeid en vormen al zaad, zoals de akelei, de campanula en de bieslook. Er wordt geoogst, ieder dag. En sommige planten komen net kijken en moeten hun knoppen nog vormen, zoals veel kruiden, de anemoon en de zonnebloemen. De stoere appeltjes zijn nog klein en op een ander stukje is zelfs nog plek voor nieuw zaaigoed. Op deze manier heb ik altijd iets te bieden aan de ontelbaar veel insecten, spinnetjes en de vogels. En de muis natuurlijk! Want die woont nog steeds in de tuin. En ja, ook weer in de laars.

Het goede bodemleven zorgt voor gezonde planten met veel bloemen en zaden, dit zorgt voor een pracht aan insecten, ontelbaar veel. En dit trekt de vogels die in deze tijd hun kroost verwelkomen. De aardse bodem is verbonden met de luchtige vleugels van de vogels. Mooi hè?  

Het is ook een tijd van leven en overleven, eten en gegeten worden.

Ook dat is deel van mijn natuur. Zolang er balans is en geen schaarste, voor wie dan ook, kunnen we de cycli blijven volgen en kan ik blijven geven in ieders belang. Het mensenkind vond op één van mijn paden drie tere vleugels. Ze zijn van een Libel. De vierde vond ze niet, gek genoeg. Dit was een voedzaam maal in de vroege ochtend van één van mijn bewoners.

Een aantal mussen hebben ruzie vanmorgen. Wat daaraan vooraf ging viel buiten mijn gezichtsveld, maar het is serieus geloof ik. Het heeft zijn nut hoor, straks is het weer koek en ei. Maar hoe ze ruzie maken is nog wel het mooiste. Dat klinkt een beetje gek, maar echt, het is net een circus. Tussen de tuinen staat een houten rek met openingen, vierkanten van zo’n 10 cm. En hoe ze het doen, ik weet het niet, maar ze vliegen er rakelings doorheen zonder zich te stoten! Niet één keer, maar keer op keer, achter elkaar aan. Ze weten dus heel goed hoe breed ze zijn tijdens het vliegen. Knap toch?

Ik zie het mensenkind weer opstaan. Ze maakt vandaag een aantal kruudwissen. Dat moest ze me wel even uitleggen. Dat zijn bundeltjes kruiden van 7 of 9 soorten die met midzomer in huis worden gehangen. Ze zorgen voor goede intenties en het weghouden van negatieve invloeden, al naar gelang ze de kruiden kiest. Een zonnekruid, zoals Goudsbloem of Sint Janskruid zorgt voor energie en warmte. En Citroenmelisse bijvoorbeeld voor rust en kalmte. Zo stelt ze voor iedere ruimte in huis een kruudwis samen. Over een jaar geeft ze het bosje terug aan mij en maakt ze een nieuwe voor het komende jaar. En omdat het Vaderdag is vandaag, maakt ze er een paar extra!  

Groeien jullie verder? Dan doe ik dat ook.


Eveline de Kock is in het dagelijks leven landschapsarchitecte (Ruimte atelier). Ze bestudeert de geneeskracht van kruiden en geeft in Klooster Huissen een paar keer per jaar les in natuurtekenen. Lees hier meer over Eveline de Kock

Lees hier deel 4 van een ‘dagboek van een tuin’

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *